Jaloezie binnen het gezin: wat doe je eraan?

Je hebt het allemaal netjes geregeld: twee (of meer) kinderen, een warm huis, liefdevolle intenties, en toch… is er ineens strijd om dat ene potlood. Om wie er naast mama mag zitten. Of wie het eerst in de buggy mag. Jaloezie is als die onverwachte gast die je niet hebt uitgenodigd, maar die toch telkens opduikt. Soms stilletjes, soms luidkeels. Het kan voor ouders behoorlijk verwarrend zijn, want je houdt toch van alle kinderen evenveel? En toch lijkt dat voor je kind soms anders te voelen.

Jaloezie binnen het gezin: wat doe je eraan?

Wat is jaloezie precies?

Jaloezie is eigenlijk een mengeling van emoties. Er zit een snufje angst in (om iets of iemand te verliezen), een toefje onzekerheid (ben ik wel net zo belangrijk?) en een flinke scheut verlangen (ik wil dat óók!). Voor kinderen is jaloezie vaak nog moeilijk te verwoorden. Het komt er dan uit als boosheid, huilen of drammen. Ze zeggen niet: “Ik voel me even buitengesloten”, maar eerder: “Zij mag altijd eerst!” Of: “Dat is niet eerlijk!” En in die woorden zit een diepe wens verscholen: gezien worden, erbij horen, even nummer één zijn in de ogen van papa of mama.

Broertjes en zusjes: de onvermijdelijke strijd

Hoeveel liefde je ook in je opvoeding stopt, kinderen zullen altijd momenten hebben waarop ze elkaar het licht in de ogen niet gunnen. En dat is normaal. Jaloezie tussen broers en zussen hoort erbij. Sterker nog: het is een manier voor kinderen om sociale vaardigheden te oefenen. Om te leren delen, wachten, op je beurt vertrouwen, en beseffen dat liefde niet opraakt als je het moet delen. Maar: dat betekent niet dat je als ouder achterover kunt leunen. Je rol is juist essentieel. Niet om alles ‘eerlijk’ te verdelen, maar om ieder kind te geven wat het nodig heeft. En dat is niet altijd hetzelfde.

Eerlijkheid versus gelijkheid

We willen het vaak graag eerlijk houden. Twee koekjes voor de een, dan ook twee voor de ander. Maar eerlijkheid is niet altijd hetzelfde als gelijkheid. Een kind dat ziek is, heeft misschien meer aandacht nodig. Een ander kind is net gevallen en krijgt een dikke knuffel. En dan roept de ander: “Ik wil ook een pleister!” Niet omdat er een wondje is, maar omdat er aandacht was. Kinderen wegen liefde vaak af in tijd, aanraking en oogcontact. Het helpt om in zulke momenten uit te leggen: “Je ziet dat ik nu even bij je zusje ben, omdat zij pijn heeft. Maar jij bent net zo belangrijk. Ik kom zo bij je.”

Voorkomen kun je het niet, verzachten wel

Jaloezie helemaal voorkomen is een illusie, maar je kunt het wel verzachten. Dat begint met erkenning. Zeg niet: “Doe niet zo jaloers”, maar geef woorden aan wat je ziet: “Ik zie dat je het lastig vindt dat je broertje op schoot zit.” Door te benoemen, erken je de emotie. En dat maakt ruimte voor verbinding. Soms helpt het om één-op-één-momenten in te bouwen. Even een half uurtje alleen met mama of papa. Dat hoeft geen dagje Efteling te zijn, maar gewoon samen een boekje lezen of wandelen met de hond. Het gaat om exclusieve aandacht, die niet gedeeld hoeft te worden.

De rol van ouders: neutraal, maar betrokken

Het is verleidelijk om partij te kiezen als kinderen ruzie maken. Maar probeer, als het even lukt, om neutraal te blijven. Vraag in plaats van direct te straffen of te sussen: “Wat gebeurde er?” Laat ieder kind zijn verhaal doen. Benoem wat je ziet: “Jij wilde met de trein spelen, maar je zusje ook.” En zoek dan samen naar een oplossing. Kinderen leren hierdoor dat conflicten erbij horen en dat je er sámen uit kunt komen. Soms is dat even zoeken, maar dat is precies waar groei ontstaat.

Wat als jaloezie niet overgaat?

Soms blijft jaloezie aanhouden of wordt het intens. Bijvoorbeeld als er een groot leeftijdsverschil is, of als één kind langdurig ziek is en daardoor meer zorg krijgt. Of wanneer het ene kind makkelijker in de omgang is dan het andere. Dan is het goed om even stil te staan bij je eigen rol. Voel je zelf irritatie naar een kind dat steeds aandacht vraagt? Voel je meer ontspanning bij het andere kind? Kinderen voelen dat haarfijn aan. Niet om je te laten schrikken, maar om te zeggen: wees mild voor jezelf. We zijn allemaal mensen, geen machines. Soms helpt het om daarover te praten met een oudercoach of in een vertrouwde omgeving.

En dan je partner…

Jaloezie komt niet alleen voor bij kinderen. Soms is het juist je partner die moeite heeft met de nieuwe rolverdeling. De aandacht, de energie, de knuffels – alles lijkt ineens naar de kinderen te gaan. En wat overblijft is een vermoeide, slaperige ouder die ’s avonds nog net een serie aankan. Die jaloezie wordt vaak niet uitgesproken, maar voel je tussen de regels door: in kleine opmerkingen, in afstand, in misverstanden. Besef dat ook dit een normaal proces is. Het ouderschap verandert dynamieken. Het vraagt onderhoud, gesprek en bewust kiezen voor verbinding, ook als je moe bent. Plan samen momentjes in die níet om de kinderen draaien. Desnoods een koffietje in stilte. Gewoon weer even jullie samen.

Tips voor in de praktijk

  • Benoem emoties: help je kind woorden te geven aan wat het voelt.
  • Voorkom labels: “Jij bent de jaloerse” helpt niemand. Kies voor begrip.
  • Creëer één-op-één tijd: geef elk kind af en toe exclusieve aandacht.
  • Laat kinderen meedenken in oplossingen: dit vergroot hun gevoel van autonomie.
  • Onderhoud je relatie: want een sterke basis tussen ouders geeft kinderen rust.

Lees ook

Ouderschap zonder stress, is dat mogelijk?
Waarom grenzen stellen bij je peuter essentieel is

Bronvermelding

Afbeelding: 123rf.com