ls ouder zie je je kind graag lachen en spelen met vriendjes. Maar wat als dat lachen verandert in tranen? Is het onschuldige plagerij of is er meer aan de hand? Het verschil tussen plagen en pesten is soms lastig te herkennen, maar essentieel om te begrijpen.

Het verschil tussen plagen en pesten
Wat is plagen?
Plagen is een speelse interactie tussen kinderen waarbij beide partijen lachen en niemand zich gekwetst voelt. Het is wederzijds, tijdelijk en zonder kwade bedoelingen. Kinderen plagen elkaar om te lachen, niet om te kwetsen. Als een kind aangeeft dat het niet leuk is en de ander stopt, blijft het plagen.
Wat is pesten?
Pesten is herhaaldelijk, opzettelijk gedrag dat gericht is op het kwetsen of uitsluiten van een ander. Het slachtoffer voelt zich machteloos en kan niet op tegen de pester. Pesten kan fysiek, verbaal of digitaal zijn en heeft vaak langdurige negatieve gevolgen voor het slachtoffer.
Kunnen peuters al pesten?
Bij peuters is het onderscheid tussen plagen en pesten nog een grijs gebied. Ze zitten volop in een fase waarin ze sociale vaardigheden aan het ontdekken zijn, maar missen vaak nog het besef van wat hun gedrag met een ander doet. Als een peuter een ander kind duwt, speelgoed afpakt of bewust blijft uitdagen, kan dat voor ons als volwassenen voelen als pestgedrag. Toch is het meestal geen doelbewuste poging om een ander pijn te doen. Het is vaker een uiting van frustratie, onvermogen om emoties onder woorden te brengen of simpelweg een manier om grenzen af te tasten: wat gebeurt er als ik dit doe?
Dat betekent echter niet dat je het maar moet laten gebeuren. Juist in deze leeftijdsfase leg je de basis voor sociaal gedrag. Door rustig te benoemen wat er gebeurt (“Kijk, ze wordt verdrietig als jij haar speelgoed afpakt”), help je je peuter om zich bewust te worden van de gevolgen van zijn of haar gedrag. Je leert empathie aan, zonder te straffen. Het is belangrijk om herhaaldelijk duidelijk te maken wat wel en niet oké is, met liefdevolle consequentheid. Zo voorkom je dat bepaald gedrag inslijt en geef je je kind handvatten om later beter samen te spelen.
De impact van pesten
Pesten is meer dan wat akelige woorden of een duw op het schoolplein. Het kan diepe, langdurige littekens achterlaten en dat begint vaak al op jonge leeftijd. Wanneer een kind herhaaldelijk wordt buitengesloten, gekleineerd of vernederd, gaat dat niet zomaar langs hem of haar heen. Integendeel: het gevoel van onveiligheid nestelt zich vaak langzaam, maar hardnekkig. Kinderen die gepest worden, kunnen al snel last krijgen van angstklachten, onzekerheid of somberheid. Hun zelfvertrouwen brokkelt stukje bij beetje af, en dat merk je niet altijd meteen aan de buitenkant. Ze worden stiller, trekken zich terug, durven minder snel iets te vragen of uit te proberen.
Bij peuters en kleuters kan pesten invloed hebben op de ontwikkeling van hun sociale vaardigheden. Ze leren bijvoorbeeld niet goed hoe je op een veilige en fijne manier met anderen omgaat. Ze kunnen gaan denken dat ze “niet leuk” of “anders” zijn, nog voordat ze begrijpen wat die woorden echt betekenen. Naarmate een kind ouder wordt, kunnen de gevolgen zich opstapelen: concentratieproblemen op school, lichamelijke klachten zoals buikpijn of hoofdpijn, en in ernstige gevallen zelfs schooluitval of depressieve gevoelens. Pesten raakt niet alleen het moment zelf, maar ook het zelfbeeld dat kinderen over zichzelf gaan vormen. En dat maakt het zó belangrijk om er op tijd bij te zijn.
Signalen dat je kind gepest wordt
Let op de volgende tekenen:
- Plotselinge teruggetrokkenheid of agressief gedrag
- Onverklaarbare lichamelijke klachten zoals buikpijn of hoofdpijn
- Slaapproblemen of nachtmerries
- Verlies van interesse in school of sociale activiteiten
- Beschadigde of verdwenen spullen
- Veranderingen in eetlust
- Onverklaarbare blauwe plekken of verwondingen
- Weinig tot geen vriendjes
- Angst om naar school te gaan
- Lage zelfwaardering of negatieve uitspraken over zichzelf
Waarom wordt er gepest?
Pesten lijkt op het eerste gezicht misschien puur gemeen gedrag, maar vaak schuilt er iets onder. Kinderen die pesten doen dat zelden zonder reden. Het gedrag komt voort uit een behoefte, een gemis of zelfs uit onmacht. Wat het extra ingewikkeld maakt, is dat kinderen zelf vaak niet goed begrijpen waarom ze zich op een ander richten. Soms voelen ze zich tijdelijk machtig, grappig of sterker door iemand anders kleiner te maken. Maar de motivatie is zelden zo simpel als ‘gewoon gemeen willen zijn’.
Kinderen pesten om verschillende redenen:
- Om erbij te horen of status te verkrijgen
Pesters hopen soms indruk te maken op anderen of een hogere plek te bemachtigen in de sociale pikorde van de klas of groep. - Uit onzekerheid of jaloezie
Door een ander te kleineren, maskeren sommige kinderen hun eigen onzekerheden of het gevoel tekort te schieten. - Omdat ze zelf gepest worden of zijn
Pestgedrag kan een manier zijn om terug te slaan of de controle terug te pakken, zeker bij kinderen die zich thuis of op school machteloos voelen. - Vanwege een gebrek aan empathie
Sommige kinderen hebben nog niet geleerd hoe hun gedrag anderen beïnvloedt of missen begeleiding in sociale vaardigheden. - Als uiting van frustratie of problemen thuis
Kinderen nemen spanningen van thuis soms mee in hun gedrag. Pesten wordt dan een manier om met die onrust om te gaan.
Het is belangrijk om niet alleen te kijken naar het gedrag zélf, maar ook naar de onderliggende oorzaak. Wie snapt waar het vandaan komt, kan beter sturen, bijsturen en begeleiden. Alleen dan kun je effectief ingrijpen en niet alleen het pesten aanpakken, maar ook het kind helpen dat ervoor kiest om te pesten. Want ook dát kind heeft iets nodig.
Wat kun je doen als je kind gepest wordt?
Het idee dat je kind gepest wordt, kan als een klap in je gezicht aankomen. Je wilt je kind beschermen tegen alles wat pijn doet, en het is hartverscheurend om te zien dat het zich misschien alleen, bang of verdrietig voelt. Veel ouders voelen zich machteloos of twijfelen aan de juiste aanpak. Maar juist jouw aanwezigheid, jouw luisterend oor en jouw betrokkenheid kunnen een wereld van verschil maken. Niet door direct met een oplossing te komen, maar door naast je kind te gaan staan. Letterlijk en figuurlijk.
Hier zijn stappen die je kunt nemen als je vermoedt – of weet – dat je kind gepest wordt:
Luister actief
Geef je kind de ruimte om te vertellen wat er gebeurt, zonder het gesprek meteen over te nemen. Laat vragen open en oordeel niet te snel. Je kind moet voelen dat het veilig is om te praten.
Erken de gevoelens
Neem de pijn serieus, hoe klein of ‘onbeduidend’ de situatie op het eerste gezicht ook lijkt. Zeg bijvoorbeeld: “Wat naar dat dat is gebeurd. Dat zou ik ook niet leuk vinden.”
Betrek de school
Leerkrachten zien niet altijd alles. Breng hen op de hoogte, en zoek samen naar oplossingen. Vraag naar het pestprotocol en hoe zij kunnen bijdragen aan een veilige omgeving.
Versterk het zelfvertrouwen
Help je kind herinneren aan wat het wél goed doet. Laat het nieuwe hobby’s ontdekken of sporten waar het zich sterk in voelt. Positieve ervaringen buiten school helpen om een gevoel van eigenwaarde op te bouwen.
Zoek professionele hulp
Merk je dat de impact groot is of dat je kind vastloopt? Dan is het verstandig om een kindercoach, psycholoog of andere expert in te schakelen. Dat is geen teken van zwakte, maar juist van liefdevolle daadkracht.
Gepest worden raakt een kind in de kern. Maar met jouw steun kan het zich langzaam weer sterker gaan voelen. Jij bent en blijft de veilige basis waar het altijd op terug mag vallen.
Wat als jouw kind pest?
Het is een boodschap die je als ouder liever niet hoort: je kind pest een ander. Misschien schiet je eerst in de ontkenning – want jouw kind, dat zachtaardige meisje of die vrolijke jongen, die zou zoiets toch niet doen? Toch gebeurt het. En hoe pijnlijk of confronterend het ook is, het erkennen van dit gedrag is de eerste stap naar verandering. Pesten betekent niet automatisch dat je kind ‘slecht’ is. Het betekent wél dat er iets speelt waar aandacht voor nodig is. Misschien zoekt je kind grenzen op, heeft het zelf met afwijzing te maken gehad, of mist het simpelweg nog de vaardigheden om op een gezonde manier met anderen om te gaan.
Wat kun je doen?
Praat met je kind
Benader het gesprek zonder boosheid of beschuldigingen. Stel open vragen als: “Wat gebeurde er precies?” of “Wat voelde je op dat moment?” Luister naar de motivatie achter het gedrag. Begrip tonen betekent niet dat je het gedrag goedkeurt, maar helpt je kind zich veilig te voelen om eerlijk te zijn.
Leg uit wat pesten is
Veel kinderen beseffen niet dat hun gedrag als pesten wordt ervaren. Geef concreet aan wat pesten inhoudt – herhaaldelijk iemand kleineren, buitensluiten of pijn doen – en maak duidelijk dat dit anderen echt raakt.
Stel grenzen
Laat merken dat pesten niet wordt getolereerd. Bespreek de gevolgen van het gedrag en maak duidelijke afspraken over hoe jullie hiermee omgaan. Blijf hierin consequent, ook als je kind tegenstribbelt of ontkent.
Leer empathie aan
Help je kind zich in te leven in de ander. Vraag: “Hoe zou jij je voelen als dit jou overkwam?” Bespreek emoties en moedig aan om na te denken over de gevolgen van woorden en daden. Je kunt dit oefenen met boekjes, toneelstukjes of samen naspelen wat er gebeurde.
Werk samen met de school
Betrek de leerkracht of intern begeleider bij het proces. Zij kunnen helpen monitoren wat er gebeurt op school, gedrag duiden en eventueel extra begeleiding aanbieden. Door samen te werken kun je een stevig vangnet creëren – zowel voor je kind als voor het kind dat gepest wordt.
Een kind dat pest, heeft net zo goed begeleiding nodig als een kind dat gepest wordt. Niet om gestraft te worden, maar om te leren en te groeien. Juist door vroeg in te grijpen kun je voorkomen dat negatief gedrag zich ontwikkelt tot een hardnekkig patroon en help je je kind om een fijne, respectvolle plek in de groep te vinden.
Veelvoorkomende redenen waarom kinderen gepest worden
Kinderen worden vaak gepest vanwege:
- Uiterlijk
- Gedrag
- Kleding
- Afkomst
- Seksuele geaardheid
Volgens het Nederlands Jeugdinstituut wordt 17% van de basisschoolleerlingen gepest. Dat zijn gemiddeld 2 tot 3 kinderen per klas.
Hoe kun je pesten voorkomen?
Als ouder kun je pesten misschien niet altijd voorkomen, maar je kunt wél veel doen om je kind weerbaar te maken, sociaal vaardig en empathisch. Preventie begint niet pas op school, maar thuis – aan de keukentafel, tijdens het voorlezen of gewoon onderweg in de auto. Door bewust aandacht te besteden aan hoe je kind zich verhoudt tot anderen, leg je de basis voor gezonde, respectvolle relaties. En dat verkleint de kans dat je kind zelf gaat pesten – of gepest wordt.
Stimuleer open communicatie
Maak het vanzelfsprekend om elke dag even te praten over wat er is gebeurd. Niet alleen over grote dingen, maar juist ook over de kleine voorvallen op school of het kinderdagverblijf. Vraag door: “En hoe voelde je je toen?” of “Wat deed jij toen dat gebeurde?” Zo leert je kind woorden te geven aan gevoelens en situaties, en weet het dat jij een veilige plek bent om dingen te delen.
Leer sociale vaardigheden aan
Empathie, grenzen aangeven, sorry zeggen en conflicten oplossen zijn geen aangeboren vaardigheden – ze moeten geoefend worden. Gebruik speelmomenten of boekjes om te oefenen: “Wat zou jij doen als iemand jouw speelgoed afpakt?” Geef je kind handvatten en oefen samen verschillende scenario’s. Zo bouw je stap voor stap sociale weerbaarheid op.
Wees een rolmodel
Kinderen kijken, kopiëren en herhalen. Als jij respectvol communiceert, anderen helpt en open bent over je eigen gevoelens, neemt je kind dat gedrag makkelijker over. Laat ook zien dat jij fouten mag maken en ervan leert – dat creëert ruimte voor je kind om hetzelfde te doen.
Moedig vriendschappen aan
Vriendjes maken gaat niet altijd vanzelf. Organiseer speelafspraken, nodig kinderen thuis uit, of meld je kind aan bij een clubje of sportvereniging. In kleine, vertrouwde groepjes leert je kind samenwerken, delen, overleggen en ruzietjes oplossen – vaardigheden die helpen om stevig te staan in een grotere groep.
Wees betrokken bij school
Weet wat er speelt in de klas en op het schoolplein. Houd contact met leerkrachten, ga naar ouderavonden, en leg af en toe je oor te luisteren bij andere ouders. Hoe beter jij weet wat de groepsdynamiek is, hoe sneller je kunt ingrijpen als er iets scheef groeit. Bovendien geef je met je betrokkenheid het signaal af aan je kind: school en sociale veiligheid zijn belangrijk.
Pesten helemaal voorkomen kun je nooit garanderen. Maar door je kind bewust te begeleiden in hoe het omgaat met anderen én hoe het voor zichzelf opkomt, geef je het een waardevolle rugzak mee. Eén waarmee het zich veiliger, vrijer en fijner door de wereld kan bewegen.
Lees ook
Waarom grenzen stellen bij je peuter essentieel is
Handige opvoed-apps: Digitale hulp voor moderne ouders
Effectief communiceren met kinderen: hoe pak je dat aan?
Bronvermelding
Afbeelding: 123rf.com
