Gooien en smijten: zo leert je ontdekkende peuter!

Gooien en smijten: zo leert je ontdekkende peuter!” is door Marion Middendorp geschreven voor Peuteren.nl

Je bent druk bezig de badkamer schoon te maken en let even niet op. Pas wanneer je je weer omdraait, zie je het resultaat: de wasmand omgekieperd, een peuter midden in de berg met vieze kleren en een gezicht dat straalt van trots. Voor jou voelt het als extra werk, voor hem is het pure ontdekkingsdrang. Want hoe irritant dit gedrag soms ook lijkt, gooien en smijten is voor peuters een belangrijke manier om de wereld te leren kennen. Alles moet onderzocht, gevoeld en uitgeprobeerd worden. Voor jou betekent dat regelmatig een extra opruimronde, maar voor je peuter is het een noodzakelijke stap in zijn ontwikkeling.

Gooien en smijten: zo leert je ontdekkende peuter!

Waarom gooien en smijten belangrijk is

Peuters ontdekken hun omgeving met al hun zintuigen. Gooien en smijten is voor hen een manier om te begrijpen wat er gebeurt als je iets loslaat, hoe zwaar iets is of wat er gebeurt als het de grond raakt. Het is een oefening in oorzaak en gevolg: “Wat gebeurt er als ik dit blokje gooi? En als ik harder gooi? En als ik meerdere dingen tegelijk laat vallen?” Dit soort experimenten zijn leerzaam en onmisbaar in de motorische ontwikkeling. Gooien helpt kinderen hun spieren te trainen, hun coördinatie te verbeteren en hun ruimtelijk inzicht te ontwikkelen. Het gaat dus veel verder dan kattenkwaad; het is een leerproces in volle actie.

Grenzen stellen zonder rem op de ontdekking

Hoewel gooien een belangrijke functie heeft, betekent dat natuurlijk niet dat alles zomaar mag. Jij als ouder bepaalt waar de grens ligt. Het verschil zit hem in het aanbieden van alternatieven. Mag je kind geen blokken tegen de televisie gooien? Laat hem dan met zachte ballen gooien in een wasmand of gebruik kussens als doelwit. Zo leert je kind dat gooien mag, maar niet overal en niet met alles. Door duidelijk te zijn en tegelijk ruimte te geven voor experimenteren, help je je peuter om spelenderwijs de regels van de wereld te begrijpen. Het gaat niet om het afleren van gooien, maar om het ombuigen naar een veilige en acceptabele vorm.

Wat dit doet voor de ontwikkeling

Naast de motoriek en het inzicht in oorzaak en gevolg, leert je peuter door gooien en smijten ook omgaan met emoties. Boosheid of frustratie kan letterlijk een uitweg vinden door iets weg te gooien. Voor een kind is dat vaak makkelijker dan woorden gebruiken. Jij kunt helpen door woorden te geven aan wat je kind voelt: “Ik zie dat je boos bent, je gooit het blokje.” Zo leert je peuter emoties herkennen en benoemen. Ook vergroot het gooien de zelfstandigheid: hij ervaart dat hij invloed heeft op de wereld om zich heen. Dat gevoel van controle is belangrijk voor zijn zelfvertrouwen.

Opruimen komt later

Het kan frustrerend zijn dat je peuter wel alles overhoop haalt, maar nog niet in staat is de boel weer netjes op te ruimen. Dat hoort bij de fase. Opruimen vraagt om een combinatie van overzicht, planning en discipline – vaardigheden die een peuter nog moet ontwikkelen. Voor nu ligt de focus op ontdekken, experimenteren en leren. Jij kunt wel alvast kleine stapjes introduceren, zoals samen blokken in een doos gooien of er een spelletje van maken. Verwacht er alleen nog niet te veel van. De échte opruimfase komt pas later, als je peuter meer inzicht heeft in orde en structuur.

Lees ook

Bronvermelding

Afbeelding: 123rf.com